In mijn vorige verhaal (2. Valse start) citeerde ik uit het Natura2000-Beheerplan. Dat citaat begon met “Uitgangspunt is steeds het realiseren van ecologische doelen (…)”. In vrijwel alle andere communicatie-uitingen verwijst de provincie naar dit Natura2000-Beheerplan en naar de PAS-gebiedsanalyse. Daarbij is de tekst iets veranderd en herhaalt ze, als ware het een mantra, dat door in Natura2000-gebieden de kwetsbare natuur te herstellen en te versterken, er ruimte ontstaat voor economische ontwikkeling. In die economische (en niet ecologische) ontwikkeling zit hem de crux.

Uitbreiding heide als doel op zich?
Als ik puur kijk naar het Inrichtingsplan bosomvorming Helhuizen, zoals opgesteld door de firma Tauw, dan staat daar het volgende: “Het doel van de bosomvorming bij Helhuizen is uitbreiding van het habitattype droge heide en aanleg van verbindingszones voor leefgebied van Korhoen”. Het is vrij opmerkelijk dat de provincie het uitbreiden van de heide tot doel stelt, terwijl het in feite een middel is om bepaalde doelen te realiseren. Was uitbreiding van de heide een doel op zich geweest, dan had de provincie niet decennialang hoeven vergaderen en zich de argumenten van stikstofdepositie kunnen besparen. De instandhouding van het korhoen zou dan bijvangst zijn geweest, waarmee men goede sier had kunnen maken.

Uitbreiding als oplossing?
Maar met die invalshoek van de provincie over het doel wordt gelijk het beeld vertroebeld. Er ontstaat een tunnelvisie dat de heide moet worden uitgebreid. Die snijdt de opties voor alternatieve wegen om de daadwerkelijke doelen te bereiken, af. Wanneer er echter teveel stikstof neerslaat in het huidige heidegebied, zal dat probleem op een nieuw stuk heide precies hetzelfde zijn. Wanneer de zuurgraad van de grond waarop de bestaande heide groeit, niet de gewenste is, dan zal die zuurgraad in het om te vormen gebied ook niet de juiste zijn.

Verschijnselen of oorzaak aanpakken?
Om terug te komen op het mantra van de provincie: wat is dan versterking van de natuur? De wens is de vader van de gedachte. Door kreten te laten vallen als ‘versterking van de natuur’ en ‘verbetering van de biodiversiteit’ ontstaat een positief beeld. De vraag is of daarmee (en in welke mate) de daadwerkelijke doelstellingen worden behaald. Is heide sterker dan bos? Kan heide beter omgaan met stikstofdepositie (het neerslaan van stikstof die wordt uitgestoten door landbouw en industrie) dan bos? De provincie heeft dat nog niet kunnen onderbouwen. En is een relatief geringe heide-uitbreiding ten opzichte van het enorme oppervlak aan bestaande heide dan de oplossing voor de problemen? Of zou het verstandiger zijn om de bron van de stikstof aan te pakken, waardoor er simpelweg minder van neerslaat? En hoe zit het met die ruimte voor economische ontwikkeling waar de provincie mee komt? Heeft gedeputeerde Hester Maij deze niet al voor de komende jaren weggegeven? Is het economische belang groter dan het ecologische belang? En moeten daar het Varkensbos en het gebied rond de onderduikershut voor worden opgeofferd? Heel veel vragen, waarover helaas weinig valt te lezen in alle documentatie die de provincie naar buiten brengt. Nergens is in die documentatie iets terug te vinden over maatregelen om de bronnen van de stikstofdepositie aan te pakken. En het zou toch eeuwig zonde zijn als de maatregelen achteraf niets hebben opgeleverd. Dan duurt het wel weer even tot er opnieuw grote bomen staan.