Alle media staan vol met berichten over stikstof. Nu.nl heeft in een paar artikelen inzichtelijk verwoord wat er speelt. Een overzicht:

  1. We hebben stikstof nodig om te kunnen leven: elke ademteug bestaat voor vier vijfde uit stikstof.
  2. Zodra stikstof zich hecht aan zuurstof (O) of waterstof (H), ontstaan er stoffen die schadelijk zijn voor mens en natuur, zoals stikstofoxide (NOx) of ammoniak (NH3). De stikstofoxiden worden vooral uitgestoten door de industrie en het verkeer. De landbouw is voor het grootste deel verantwoordelijk voor de uitstoot van ammoniak.
  3. Niet alleen planten, maar ook dieren die ooit profiteerden van verdwenen planten, worden aangetast. De natuur bestaat uiteindelijk uit minder plant- en diersoorten, een afname van de biodiversiteit (die angstaanjagend snel gaat).
  4. In negentig van de 162 beschermde Natura2000-gebieden in Nederland daalt teveel stikstof op de bodem.
  5. Nederland heeft de hoogste stikstofuitstoot van Europa: per hectare stoot ons land ongeveer vier keer zo veel uit als het Europese gemiddelde. Andere landen moeten ook voldoen aan stikstofrichtlijnen om de natuur te beschermen, maar in Nederland is het een veel groter probleem (veel vee, dus veel ammoniakuitstoot, op een klein oppervlakte en dat ook nog vaak naast natuurgebieden).
  6. Jarenlang werden er vergunningen voor industrie en landbouw uitgedeeld met het idee: die stikstofuitstoot compenseren we later wel. Alleen dat gebeurde nooit. “Dit is een beetje de dag waarvan we allemaal wisten dat deze een keer zou komen”, zegt minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof).
  7. In het nieuwe stikstofbeleid wordt als eerste de landbouw aangepakt, want bijna de helft (46 procent) van alle stikstofverbindingen in Nederland is afkomstig van de landbouw. Bovendien staan boerenbedrijven vaak in de buurt van de Natura 2000-gebieden. Hoewel de boeren verantwoordelijk zijn voor een heel groot deel van de stikstofuitstoot, moet er straks in alle sectoren minder stikstof uitgestoten worden. Uiterlijk op 1 oktober komen ook de industrie, transport en andere sectoren aan de beurt.
  8. Het Rijk geeft de uitstootreductiekaders per gebied aan. Provincies moeten uiterlijk in de zomer van 2023 met een plan komen hoe de reductie wordt gerealiseerd. Daarin kunnen zij per gebied iets afwijken van de stikstofdoelen per gebied, maar al met al moet het landelijke doel gehaald worden. In 2030 moet in drie kwart van de natuurgebieden weer sprake zijn van een veilig stikstofniveau.
  9. In beschermde natuurgebieden moet de uitstoot met minstens 95 procent omlaag en in de ring rondom deze gebieden met 70 procent.
  10. Minister Henk Staghouwer (LNV) kijkt vooral naar een ‘versnelling en prioritering’ van de omslag naar groenere kringlooplandbouw en hij wil bestaande subsidieregelingen uitbreiden. Daarnaast biedt hij financiële hulp aan voor boeren die willen stoppen of verhuizen.
  11. Zeventig procent van wat de boeren in Nederland produceren, gaat naar het buitenland. Ook als er minder boeren zijn of als zij minder voedsel produceren, zal er meer dan genoeg overblijven om Nederland van eten te voorzien.

Politiek
In eerdere stukken heb ik genoeg geschreven over hoe wetenschappelijke inzichten rond de stikstofproblematiek vanaf de jaren ’70 werden genegeerd en hoe vanaf het eerste kabinet Rutte (m.n. VVD en CDA) de natuur er bekaaid af kwam.

Het CDA, mede-verantwoordelijk voor het huidige stikstofbeleid, wil afzwakking van dit beleid. Teveel boerenbedrijven zouden erdoor verdwijnen. Echter, door schaalvergroting verdwenen er sinds 1950 gemiddeld al vijftien boerderijen per dag. Die verdwijning is dus al lang gaande. Verder wil het CDA meer inzetten op technische innovaties, maar die vormen al een beleidsinstrument van de provincies (en blijken tot nu toe in de praktijk niet echt goed te werken). Het CDA wil dat andere sectoren ook een bijdrage leveren. Dit is al vastgelegd in het kabinetsbeleid. Het is onduidelijk welke afzwakking van het stikstofbeleid het CDA nu voorstaat.

De VVD stemde op een partijcongres ook voor afzwakking van het eigen stikstofbeleid. Leden twijfelen aan berekeningen (van het RIVM) dat de landbouw de grootste stikstofvervuiler zou zijn. Men vraagt om metingen in plaats van berekeningen en modellen (ook al zijn die weer gebaseerd en gekalibreerd op metingen). Elk uur vinden er op acht plaatsen (landelijke dekking) ammoniak-metingen plaats. Er zijn twintig meetpunten die de stikstofdepositie meten én er zijn satellietmetingen. Wat de VVD nu precies wil, is ook niet duidelijk.

Boerenprotest
Jan Douwe van der Ploeg, emeritus hoogleraar rurale sociologie aan de WUR, betoogt in de Volkskrant van 17 juni 2022 dat de boeren die nu het meest protesteren tegen de stikstofplannen, hun bedrijven vorm hebben gegeven naar het model dat het ministerie van LNV, de WUR, de agrarische industrie en de Rabobank als ideaal beschouwden: grootschalig, sterk gespecialiseerd, hoogproductief, hoog gebruik van fossiele energie, kunstmest, krachtvoer en medicijnen. Hoge schulden nopen tot doorgaande groei. Ruim dertig jaar heeft deze groep boeren kennis rond aangepaste bedrijfsvoering genegeerd, waarmee de stikstofemissie sterk kon worden beperkt en waarmee er hogere verdiensten konden worden gegenereerd. Daartegenover staat een breed scala van boerenbedrijven die opereren in harmonie met de natuur en de samenleving. Alleen deze tegenpool heeft geen stem en wordt niet vertegenwoordigd.

Wie draagt wat bij aan de stikstofdepositie?
Peter Oosterhof is biologisch melkveehouder in Noord-Drenthe. Hoewel zijn bedrijf geen kunstmest gebruikt en kruidenrijke akkers beheert, staat zijn regio op de kaart om 70 tot 95 procent stikstofuitstoot te reduceren. Met geld van LNV mocht hij jarenlang traditionele boeren inspireren om meer biologisch te gaan werken; nu wordt hij bedankt voor zijn inspanningen en wordt hij medeverantwoordelijk gehouden voor falend landschapsbeheer (de Volkskrant, 14 juni 2022).

Op Facebook schrijft ‘Marianne Marianne’ dat haar boerderij in een gebied ligt dat is aangewezen om 70% stikstofuitstoot te reduceren. Tussen haar bedrijf en een Natura2000-gebied ligt de snelweg A28, een doorgaande weg met veel vrachtverkeer richting de vuilverbranding en een parkeerplaats vol auto’s van toeristen die het natuurgebied bezoeken. In de winter zorgen ook ganzen met hun ontlasting voor forse stikstofwaarden, aldus de boerin.

Provincies aan zet
Het zal een heel lastige opgave voor de provincies worden om het komende jaar tot maatregelen te komen, die enerzijds voldoen aan de nationale stikstofdoelen en tegelijkertijd de betrokken agrariërs enigszins tevreden kunnen stellen. Tubantia schrijft op 15 juni 2022: De provincie Overijssel mist de realiteit in de stikstofplannen van het kabinet. Volgens gedeputeerde Gert Harm ten Bolscher is er niet goed over nagedacht. „Zelfs als je in een natuurgebied in Twente alle boeren, bedrijven en bewoners weghaalt, haal je de doelen niet”.

Waarom liggen die doelen dan toch zo hoog? Om te beginnen heeft de politiek decennialang weggekeken van de stikstofproblematiek. Nu is het probleem zó groot geworden dat er zware maatregelen nodig zijn. Dat geldt niet alleen voor stikstof. Op vele terreinen liet de overheid ons in de waan dat alles maar mogelijk was. Groei was het toverwoord. En nu blijkt dat we overal tegen grenzen aanlopen. De woningmarkt is totaal overspannen, de zorgsector staat op knappen, de natuur is verziekt (naast stikstofdepositie is er natuurlijk ook een levensgroot CO2-probleem). Gaan de provincies boeren en burgers betrekken bij oplossingen of gaan dezelfde mensen die de issues tot problemen hebben laten groeien, nu nieuwe ambtelijke wegen bewandelen? Willen ze landbouwgebied opkopen of onteigenen, alleen om te gebruiken voor nieuwe woningen? Willen ze het aantal Natura2000-gebieden verminderen, om zo de opgelegde reductie van de uitstoot van broeikasgassen te verlagen? Laat het allemaal geen waarheid worden. Het zou mooi zijn wanneer de toch al zeer beperkte natuur in ons land uitgangspunt wordt voor nieuw beleid. Waar bossen nog bossen mogen zijn, waar boeren betrokken worden bij natuurbeheer en waar de waterkwaliteit aan Europese normen gaat voldoen.